woensdag 24 augustus 2011

Top of Flop bij Politieke Vragen

Politiek Gouda roeptoeterde een tijdje geleden over de hoeveelheid officiele vragen die Trots op Nederland heeft gesteld aan het college van B&W. Het pluche schamperde over de hoeveelheid vragen. Kost teveel tijd! Een vragen-tsunami! Maar is dat zo? Ik heb alle vragen van de afgelopen zes jaar eens op een rij gezet. Leuke analyses. Wie is TOP en wie is FLOP in de Goudse vragencarrousel?

De gemeenteraad heeft het democratisch recht om vragen te stellen aan het college. Dat worden "artikel 38" vragen genoemd. Die moeten beantwoord worden. Trots hecht aan dat democratisch recht en maakt er gebruik van. Want er is veel te vragen. Veel dingen uit de afgelopen jaren zijn nooit uitgezocht. Veel zaken zijn onbesproken gebleven.

Dat vind men niet altijd leuk. Als reactie stelde de ChristenUnie maar voor om maar een strippenkaart in te stellen. Interessante gedachte: een door de gemeentewet gegeven recht te willen inperken. Mao had het niet beter kunnen bedenken! (Die groen-, wit-, paars- en andere kleurboeken van de ChristenUnie leveren overigens ook heel wat werk op!)

Trots heeft er dit jaar al vijftien gesteld. Schande? NOT! Dus maar even wat mythes doorprikken.

Mythe 1: Trots stelt vragen voor de buhne.

Trots, alleen voor de buhne? Daar doen de college partijen zelf ook aan mee. Mohammed Mohandis (PvdA) stelde de afgelopen week vragen over Ierse malafide klussers in Goverwelle nadat zijn tante er door lastig was gevallen. Kwam in de krant (overigens prima, want daar is de burger mee gebaat). De PvdA stelde vragen over het bloembollen- incident. En creeerde daarmee een publicitaire achtbaanrit in de landelijke kranten.

Over een staaltje buhne-vragen weten ook college partijen VVD en CDA mee te praten. Na het karate-nieuws uit Gouda stelden zij als eerste vragen aan het college. Terwijl ze er a) van hadden moeten weten en b) die vragen wel aan eigen wethouders hadden kunnen stellen. Reden om de vragen te stellen? Beetje eigen tuin schoonvegen. Moet kunnen.

Mythe 2: Er is een tsunami van vragen ontstaan dit jaar!

Ook onzin. In 2008 stelden de toen tien politieke partijen in totaal 44 vragen in het jaar. Dat zijn er gemiddeld 4,4 per partij. In 2010, toen er 54 vragen werden gesteld, was dat gemiddeld 4,9 per partij - want er zaten twaalf partijen in de raad. Niet raar dat er wat meer vragen zijn met twee nieuwe partijen. Tien vraagjes extra een tsunami? Nonsens.

Mythe 3: Die vragen leveren niets op.

Ook al niet waar. De Raad van Commissarissen van Cyclus is afgetreden als direct gevolg van het onderzoek van Trots op Nederland en de artikel 38 vragen waarin de resultaten van dat onderzoek werden geventileerd. De set vragen over het huis van de burgemeester vormde een van de aanleidingen tot het onderzoek. De vragen over de veiligheidssituatie in Goverwelle leidden tot het ophangen van camera's in het winkelcentrum.

Genoeg mythes gedebunkt nu. Tijd voor wat waarheden.

Een analyse van de afgelopen vijf jaar laat een aantal leuke trends zien. En da's interessant. Wie is top en wie is flop?

De overzichten 2006-2008 vind je hier. Die van 2009-2011 vind je hier.
  • De meest productieve vragenfractie (de fractie met de meeste vragen per zetel) in 2010 was GBG, met acht vragen op 1 raadszetel. Daarna kwam Trots met 1 1 vragen op 3 raadszetels.
  • De meest productieve fractie in 2011 is tot nog toe Trots, met vijftien vragen op 3 raadszetels, samen met GBG die vijf vragen met 1 raadszetel stelde.
  • De meeste vragen heeft de afgelopen zes jaar de PvdA gesteld, met 35,6 vragen. Daarmee scoort de PvdA overigens maar matigjes als je even bedenkt dat de partij jarenlang maar liefst een batterij van 10 zetels heeft gehad. Als je de vragen deelt door "aantal zetels x aantal jaar " - dat noem ik zeteljaren - scoort de partij onderaan. Tja, met tien man in zes jaar tijd slechts 35 vragen produceren is natuurlijk een beetje weinig als je het over productiviteit wil hebben. Dat betekent dat een PvdA-raadslid slechts een keer in de twee jaar een vraag stelt aan het college. Raadsleden zitten er niet alleen voor de art. 38 vragen... maar toch!
  • De meest productieve fractie per zetel allertijden is Trots. De fractie heeft 26 vragen in totaal gesteld terwijl de fractie nog maar twee jaar actief is met drie zetels.
  • 2006 was een gezapig jaartje. De PvdA zat comfortabel op tien zetels, stelden geen eigen vraag, maar deed mee aan een paar vraagjes van anderen. All time low.
  • Een wonderlijk geval is Gouda Positief de laatste twee jaar. Hoewel actief op allerlei terrein, is de partij er de afgelopen twee jaar pas in geslaagd om anderhalve vraag te stellen. Da's wel eigenaardig voor een oppositie-partij.
  • En het is te verwachten: de collegepartijen zijn niet erg eager in het vragen stellen. VVD , PvdA en CDA scoren elk jaar onderaan wat het aantal vragen per zetel betreft. Maar ja, als je in het college zit, dan is het natuurlijk als fractie allemaal helder wat er aan de hand is. Dan hoef je niets meer te vragen en is alles duidelijk.
  • Van Groen Links verwacht je dat eigenlijk niet. Betrokken, nooit te beroerd om op de trom te slaan, kritisch te zijn. Maar in Gouda steevast drie vraagjes per jaar. Verder niks te vragen, verder is alles prima. Je zou wensen dat GroenLinks weer eens in de oppositie kwam.
  • Tenslotte nog een klein mysterie: van 2007-2009 was de SGP een fervent vragensteller. In 2007 zelfs zeven vragen. Voor een rustige partij als SGP is het dan lastig verklaringen zoeken.
Snelle conclusie? Collegepartijen leunen lekker mee. Vinden het wel goed want kunnen via wethouders veel regelen. Oppositiepartijen vinden hun uitlaatklep in de art. 38 vragen. Da's niks nieuws. Da's deemocratie. En heel hard werken.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten